Het leven van de vierde klasser Marjon Hoving en docente Durkje de Jong wordt nooit meer hetzelfde. In het kader van een schoolproject brachten ze een bezoek aan Ethiopië. Diep onder de indruk keerden ze terug. De bevolking is straatarm, maar tòch enorm gastvrij. ‘De mensen hebben een hart van goud, voor iedereen. Ook voor ons uit het rijke westen’. Na terugkeer relativeert de Dokkumse het bestaan van de gemiddelde vierdeklasser in Nederland. ‘Die maakt zich druk om kleding, de nieuwste smartphone of welke snack ze nemen in de pauze’. In Ethiopië werd dat westerse bestaan compleet op z’n kop gezet. In Ethiopië geen luxe, maar diepe armoede. Water uit de kraan -hier vanzelfsprekend- is daar vaak onbekend. Een w.c. is meestal niet meer dan een gat in de grond…. Ook op scholen gaat het er anders aan toe en niet zo’n klein beetje ook. Durkje de Jong: ‘Leraren slaan de leerlingen met stokken. Als je daar met leraren over praat en ik ze vertel dat ik mijn baan kwijt ben als ik zoiets doe kijken ze je met grote ogen aan’. Ook de klasgrootte is er een veelvoud van wat in Nederland al ‘te groot’ wordt gevonden. Op een basisschool telden beide Dokkumers een klas met zeventig leerlingen, die door een blinde leraar moeiteloos in toom werd gehouden. De gemiddelde Ethiopische leerling heeft namelijk een enorm doorzettingsvermogen. Marjon Hoving: ‘Onderwijs volgen is daar niet vanzelfsprekend. Het is geweldig om te zien hoe Ethiopische leerlingen die die kans krijgen zich tot het uiterste inspannen. Ze hebben er alles voor over om hun diploma te halen’. In Ethiopië beseffen leerlingen dat een diploma de enige sleutel is voor een betere toekomst. Leerlingen en docententeam van het Dockinga VMBO-GT (de ‘Dokkumer Mavo’) gaan zich daarom inspannen om met diverse acties het onderwijs in Ethiopië te helpen verbeteren.